Het cluster Opstellen informatiestrategie is een cluster dat vijf processen op strategisch niveau omvat. Doel van dit procescluster is het opstellen van een strategie rondom de informatievoorziening. Centraal staat hier de vraag hoe de informatievoorziening er binnen drie tot vijf jaar uit gaat zien. Het cluster bestaat uit een drietal processen die inventariserend van aard zijn waarna in twee processen een uitwerking op strategisch niveau wordt gemaakt.
Het cluster Opstellen informatiestrategie bevindt zich zoals te zien rechtsboven in het schema. Kern van dit cluster is “the future of the business”. De activiteiten in het cluster zorgen ervoor dat er een duidelijke strategie wordt ontwikkeld op het gebied van informatievoorziening. Dat leidt vervolgens op sturend niveau tot jaarplannen in met name Behoeftemanagement (met natuurlijk ook bijbehorende plannen op het gebied van financiën en menscapaciteit) die weer kaders scheppen voor het operationele niveau, waar als eerste dan gedacht kan worden aan wijzigingenbeheer. Door op deze wijze de niveaus aan elkaar te koppelen wordt op natuurlijke wijze de relatie tussen lange, middellange en korte termijn gelegd.
Schema cluster Opstellen informatiestrategie
In het cluster Opstellen informatiestrategie zijn de processen Bepalen ketenontwikkelingen, Bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen, Bepalen technologieontwikkelingen, Informatie-lifecyclemanagement en Informatie-portfoliomanagement te onderscheiden. Op aparte pagina’s worden ze elk nader uitgewerkt, zie het menu aan de linkerzijde op deze pagina. Hieronder volgt een korte samenvatting.
Korte samenvatting processen in het cluster Opstellen informatiestrategie:
De processen binnen het cluster Opstellen informatiestrategie hangen uiteraard met elkaar samen. Hierna worden ze kort samengevat, op andere pagina’s op deze website zijn uitgebreidere beschrijvingen te vinden.
Het proces Bepalen ketenontwikkelingen is één van de drie inventariserende processen. In dit proces worden de ontwikkelingen in de komende drie tot vijf jaar op het gebied van informatievoorziening over organisaties heen in kaart gebracht. Al jaren is er sprake van een steeds verder gaande koppeling tussen informatievoorziening tussen verschillende, zelfstandige organisaties. Elke organisatie waarmee de eigen organisatie informatie uitwisselt wordt hier een ketenpartner genoemd. De ontwikkelingen bij de ketenpartners in relatie met de eigen organisatie is hier dus het onderwerp. Doel is uiteraard dat ook op lange termijn de informatievoorziening van de eigen organisatie aan blijft sluiten op de omgeving, in casu de informatievoorziening van de huidige en toekomstige ketenpartners.
Het proces Bepalen bedrijfsprocesontwikkelingen is de tweede van de drie inventariserende processen. In dit proces worden de ontwikkelingen in de komende drie tot vijf jaar op het gebied van informatievoorziening binnen de eigen organisatie in kaart gebracht. De eigen interne organisatie zal ongetwijfeld in de loop van de jaren veranderen. In dit proces is zeker een belangrijk aandachtspunt de wijzigingen in de bedrijfsprocessen, de aansturing van de organisatie en de positie van informatievoorziening in dit geheel. Doel is hier dat ook op lange termijn de informatievoorziening in de eigen organisatie aan blijft sluiten op de eigen behoefte.
Het proces Bepalen technologieontwikkelingen is de derde van de drie inventariserende processen. In dit proces worden de ontwikkelingen in de komende drie tot vijf jaar op het gebied van technologie in kaart gebracht. Technologie ontwikkelt zich verder en verder, en verwacht mag worden dat deze ontwikkelingen binnen de IT-organisatie (in- en/of extern) nauwlettend worden gevolgd. Ook aan de klantzijde moet dit gebeuren, maar uiteraard wel met een functionele bril op: niet elk technisch hoogstandje is functioneel even relevant. Doel is uiteraard dat ook op lange termijn de toepassing van technologie in de eigen organisatie optimaal is.
Zodra de drie inventariserende processen zijn uitgevoerd wordt het tijd om op basis van deze inventarisatie een strategie te ontwikkelen of bij te stellen (indien er al een strategie is ontwikkeld in een van de vorige jaren). De twee processen die dan in beeld komen zijn Informatie-lifecyclemanagement en Informatie-portfoliomanagement. Het belangrijkste verschil tussen beide processen is de scope: lifecyclemanagement richt zich op specifieke informatiedomeinen, terwijl portfoliomanagement zich richt op de totale informatievoorziening van de hele organisatie. Ze kunnen dus letterlijk naast elkaar staan en in samenwerking met elkaar leiden tot een overall strategie die ook voldoende is uitgewerkt in de individuele informatiedomeinen.
In de praktijk – De lange termijn nog relevant in turbulente tijden?
Een veelgehoord argument om maar niet aan dit procescluster te beginnen is dat de ontwikkelingen steeds sneller lijken te gaan en elke strategie die zou worden ontwikkeld al ingehaald is door de tijd voordat deze op papier staat. Echter, het is eigenlijk hetzelfde als met het plannen van tijd: juist als je weinig tijd hebt, moet je je tijd eerst plannen. Zo is het hier ook: juist in turbulente tijden is het creëren van houvast een belangrijke zaak. Natuurlijk is het dan ook wel zaak significante veranderingen tijdig in en strategie te verwerken. De tijd dat een strategie werd uitgestippeld waarna deze jarenlang zonder aanpassingen als leidraad kon worden vastgehouden is zeker voorbij.
Onze aanraders
Het basisboek “BiSL, een framework voor business informatiemanagement” en de bijbehorende courseware kunnen wij van harte aanbevelen. De pocketguide biedt een compact overzicht van het model. Voor de praktijk is de zelfevaluatie een mooi startpunt: